Participatiewet

Vanaf 1 januari 2015 geldt de Participatiewet. Deze wet vervangt de bijstand, sociale werkvoorziening en een deel van de Wajong. Het doel van de Participatiewet is dat er meer mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt aan de slag gaan bij reguliere werkgevers.

In de arbeidsmarktregio’s moeten alle voorzieningen tot stand komen om mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt aan het werk te helpen. Het middel daarvoor is het regionale werkbedrijf. Hierin werken werkgevers, werknemers en gemeenten samen. Deze samenwerking is soms aangevuld met andere partners. De SW-bedrijven zijn hierbij betrokken en hebben al een groot deel van de benodigde diensten en infrastructuur tot hun beschikking. WSD heeft al jaren ervaring en biedt werkgevers voordelen op financieel gebied, maar ook op het gebied van sociaal ondernemen, ontzorgen en flexibiliteit. Voor mensen die zijn aangewezen op werk in een beschutte omgeving, blijft er de mogelijkheid van beschut werk bestaan.

Banenafspraak

Door de Participatiewet en het sociaal akkoord moeten (op termijn) banen worden gecreëerd voor mensen met de afstand tot de arbeidsmarkt. In 2015 zal het gaan om 9.000 banen, waarvan 6.000 banen bij bedrijven en 3.000 banen bij de overheid. In 2026 dienen er 125.000 extra banen gerealiseerd te zijn. Van deze 125.000 banen gaat het om 100.000 banen in de marktsector en 25.000 banen bij de overheid. Deze regeling staat betekend als de banenafspraak.

Het aantal verloonde uren dat werknemers uit de doelgroep gemiddeld werkt, wordt als één baan geteld. Het gaat hierbij om een baan van ongeveer 25 uur per week. Kleinere banen tellen naar evenredigheid van het aantal uren mee. Hierdoor kan het gaan om meer arbeidscontracten dan (getelde) banen.

Participatiewet in de praktijk

In de praktijk werken werkgevers voornamelijk via een detacheringsconstructie met mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt. Werknemers met een afstand tot de arbeidsmarkt die vanaf 2013 bij de werkgever gedetacheerd of in dienst zijn en die uit de doelgroep Wsw, Wajong of Wwb komen, tellen mee voor het quotum. Het UWV bepaalt of iemand tot de doelgroep voor de banenafspraak behoort. Hiervoor gaat het UWV een doelgroepenregister bijhouden. Iedereen die in het doelgroepenregister is opgenomen, telt mee voor een van de 125.000 banen. De eerste jaren hebben Wajongers en mensen van de Wsw-wachtlijst voorrang op een van deze extra banen. Gemeenten en het UWV informeren mensen die in het doelgroepenregister staan. Werkgevers en gemeenten kunnen het UWV vragen of iemand tot de doelgroep behoort.

Er zijn verschillende manieren om een werknemer met een afstand tot de arbeidsmarkt in dienst te nemen. Via een proefplaatsing kan een tijdelijk of vast contract worden gerealiseerd, maar er kan ook worden gedetacheerd. WSD kan een werknemer na het werven en selecteren ook detacheren. Ook met het aanbieden van tijdelijke werkplekken dragen werkgevers bij aan de afspraak in het sociaal akkoord. Verder is het ook mogelijk om gedetacheerde werknemers mee te tellen voor de quotumwet.

Financiële regelingen

De beleidsmatige en financiële verantwoordelijkheid van de Participatiewet ligt bij de gemeenten. De Participatiewet kent een budgetteringssystematiek in plaats van een declaratiesystematiek. Een werkgever die werk biedt aan iemand met een afstand tot de arbeidsmarkt krijgt overheidssteun in de vorm van (financiële) regelingen. Hierbij kan gedacht worden aan premiekorting, loonkostensubsidie, het werken met een proefplaatsing en een no-risk polis. Ook zorgen gemeenten voor een beperking van schadelast en het verzilveren van loonwaarde, een marktconforme propositie en wordt het verschil in productiviteit gecompenseerd. WSD kan werkgevers adviseren over beschikbare werkgeversregelingen.

De Participatiewet regelt dat gemeenten verantwoordelijk blijven voor de re-integratie en dat het UVW verantwoordelijk is voor de uitkering op grond van de Ziektewet of WIA als mensen die met loonkostensubsidie zijn gaan werken vervolgens uitvallen. De gemeente moet zich daarbij ook bij uitval maximaal inzetten voor herstel en werkhervatting van de werknemer.

Proefplaatsing

Als plaatsing bij een reguliere werkgever nog niet haalbaar is, kan een plaatsing binnen de infrastructuur van WSD gebeuren. Een werknemer met een afstand tot de arbeidsmarkt kan maximaal drie maanden via een proefplaatsing worden geplaatst. Werknemers kunnen tijdens deze proefplaatsing hun uitkering behouden en er is tijdens de proefplaatsing nog geen sprake van een dienstverband. Tijdens een proefplaatsing kunnen werknemers worden ingewerkt en leren de werknemer en werkgever elkaar beter kennen. Er wordt verondersteld dat de werknemer binnen de termijn van de proefplaatsing een voor zijn doen maximale prestatie kan leveren. Op die manier kan er een betere loonwaardebepaling worden gedaan.

Loonwaardebepaling

In de tweede of derde maand van de proefplaatsing zal de loonwaarde van de werknemer worden gemeten. Er is echter geen minimumtermijn vastgesteld waarin de loonwaarde mag worden gemeten. Bij de loonwaardebepaling gaat het om de specifieke functie waarin de werknemer werkzaam is. De loonwaarde wordt op de werkvloer in samenspraak met de werkgever vastgesteld. Zowel de werkgever als de werknemer zorgen voor relevante informatie om de loonwaarde te bepalen en een deskundige begeleidt het proces. De loonwaarde is direct van invloed op de hoogte van de door de gemeente in te zetten loonkostensubsidie tijdens het dienstverband dat volgt op de proefplaatsing. Na de proefplaatsing kan de werknemer (via detachering) in dienst worden genomen.

Loonkostensubsidie

Aan de hand van de vastgestelde loonwaarde wordt duidelijk wat het voor de werkgever kost om de werknemer een dienstverband aan te bieden. In de Participatiewet betaalt de werkgever het volledige loon van de werknemer. Om het voor werkgevers aantrekkelijker te maken om iemand met een afstand tot de arbeidsmarkt in dienst te nemen, hebben gemeenten de mogelijkheid om loonkostensubsidie te verstrekken. Deze loonkostensubsidie kan worden ingezet voor mensen die niet het wettelijk minimumloon kunnen verdienen. Dit is het geval bij mensen die per uur niet volledig productief zijn. De loonkostensubsidie wordt verstrekt aan de werkgever en kan, indien nodig, structureel worden ingezet. De loonkostensubsidie bedraagt het verschil tussen het (bruto) wettelijk minimumloon en de vastgestelde loonwaarde (bruto). De loonkostensubsidie bedraagt maximaal 70 procent van het wettelijk minimumloon. In praktijk zal het vooral gaan om werknemers met een loonwaarde van 30 procent tot 80 procent. Het inzetten van loonkostensubsidie is ook mogelijk voor werknemers die op een beschutte werkplek werken.

No-risk polis

De no-risk polis brengt veel flexibiliteit voor de werkgever naar wie een werknemer is gedetacheerd. De werkgever kan de detachering met WSD immers opzeggen wanneer dit wenselijk is. De werknemer behoudt in deze situatie wel het dienstverband, omdat de werknemer een arbeidsovereenkomst heeft met WSD. WSD zal de werknemer zo snel mogelijk detacheren bij een nieuwe werkgever.

Werkplekaanpassingen

Wanneer een werkplek voor een werknemer aangepast moet worden om goed te kunnen functioneren, kan de werkgever een tegemoetkoming krijgen voor de kosten die voor deze aanpassing gemaakt worden.

Belastingvoordelen

Via verschillende belastingafdrachten kunnen werkgevers gecompenseerd worden voor het in dienst nemen van werknemers met een afstand tot de arbeidsmarkt uit verschillende doelgroepen, zoals Wajongers en mensen die onder de Participatiewet vallen.

Waar kan WSD u bij helpen

Door de samenwerking met gemeenten en het UVW kan WSD via verschillende wervingskanalen snel en adequaat de juiste werknemer met een afstand tot de arbeidsmarkt voor werkgevers werven. WSD werkt nauw samen met de gemeenten Best, Boxtel, Haaren, Nuenen, Oirschot, Oisterwijk, Schijndel, Sint-Michielsgestel, Sint-Oedenreode, Son & Breugel en Vught, het UWV en collega SW-bedrijven. WSD brengt werkgevers graag in contact met de juiste kandidaten. Daarbij begeleidt WSD zowel werknemers als werkgevers. WSD zorgt dat alles goed geregeld is, zonder administratieve rompslomp en zorgt voor een beperking van risico’s voor werkgevers.

WSD ondersteunt werkgevers bij het verkrijgen van duurzame arbeidsplaatsen voor mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt, zodat zij kunnen bijdragen aan de bedrijfsdoelstellingen. Deze vorm van samenwerking tussen werkgevers en WSD wordt ondersteund en gefaciliteerd in de begeleiding bij ziekte en in communicatie met allerlei instanties. De samenwerking die WSD aangaat met werkgevers is persoonlijk, gedreven en betrouwbaar.

WSD heeft werkgevers veel te bieden. Zo creëert en biedt WSD oplossingen door te luisteren en mee te denken met de werkgever en wordt er geanticipeerd op de klantvraag. Daarbij verzorgt WSD het matchen van mens en werk, het ontwikkelen en begeleiden van mensen en organiseert WSD (aangepast) werk. WSD biedt daarnaast onder andere ontwikkelingsplannen, job coaches, job carving/composing, engineering, payrolling en loonwaardemeting.

Gratis eBook: In 10 stappen naar succesvol sociaal ondernemen!

Veelgestelde vragen over de Participatiewet

Andere onderwerpen

Social return

Social return draait om het creëren van werkgelegenheid voor mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt. Provincies, gemeenten en waterschappen zijn overheidsorganisaties met een grote inkoopkracht. Zij mogen bijzondere voorwaarden koppelen aan hun inkoopbeleid, zo lang die voorwaarden een maatschappelijk doel dienen. Wint een bedrijf een aanbesteding van de overheid, dan kan in het contract worden opgenomen dat een gedeelte van de opdracht wordt uitgevoerd met inzet van mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt.

Doelgroepregister

In het doelgroepregister zijn mensen opgenomen die vanwege een lichamelijke, verstandelijke of psychische handicap moeite hebben met het vinden van een baan. Ze vallen onder de banenafspraak: een akkoord tussen het kabinet, werkgevers en werknemers om meer banen te creëren voor mensen met een beperking. Wat het doelgroepregister kan betekenen voor werkgevers lees je op deze pagina.

Sociaal ondernemen

Steeds meer bedrijven zien de toegevoegde waarde van sociaal ondernemen. Sociale ondernemers voegen maatschappelijk waarde toe en ontlenen hun bestaansrecht aan het maken van maatschappelijke impact. Dat gaat verder dan alleen het creëren van financiële waarde. De purpose of maatschappelijke missie staat centraal en werkt als een magneet voor zakelijke relaties en potentieel personeel.